Conclusie
In totaal wordt met deze voorstellen de volgende incidentele en structurele ruimte gecreëerd:
Financieel beeld 2024-2028 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
|---|---|---|---|---|---|
Bedragen x € 1.000 | |||||
Totale ruimte bezuinigingen | 10.515 | 19.521 | 22.050 | 22.085 | 19.282 |
waarvan incidenteel | 6.943 | 4.005 | 4.177 | 3.595 | 450 |
waarvan structureel | 3.572 | 15.516 | 17.873 | 18.490 | 18.832 |
Met deze bezuinigingsvoorstellen verbetert het eerder gepresenteerde financieel meerjarenbeeld zodanig dat in 2024 het structurele tekort wordt opgelost, rekening houdend met de begrote mutatie aan de algemene reserve over 2024. Het resterende tekort in 2024 is van incidentele aard en heeft in die zin alleen een effect op de weerstandsfactor. De weerstandsfactor komt met dit beeld in 2024 echter boven de minimale norm uit op 1,2. In Turap-1 2024 is dit zichtbaar gemaakt.
Daarnaast wordt met bovenstaande bezuinigingsvoorstellen bereikt dat in het jaar 2025 een structureel sluitende begroting kan worden gerealiseerd:
Financieel beeld 2025-2028 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
|---|---|---|---|---|
Bedragen x € 1.000 | ||||
Toevoeging (+) of onttrekking (-) aan de algemene reserve cf Begroting 2024 | 17.959 | -7.965 | -2.488 | -2.836 |
Totaal Financieel beeld | -44.057 | -25.885 | -18.389 | -27.218 |
Totale ruimte bezuinigingen | 19.521 | 22.050 | 22.085 | 19.282 |
Totaal na Perspectiefnota 2025-2028 | -6.577 | -11.800 | 1.208 | -10.772 |
waarvan incidenteel | -10.087 | -11.003 | 2.366 | 450 |
waarvan structureel | 3.660 | -647 | -1.008 | -11.222 |
In de jaren 2026 en 2027 resteert nog een beperkt structureel tekort, dat in 2028 oploopt naar ruim € 11 miljoen. De weerstandsfactor komt in 2025 boven de minimale norm uit, namelijk op 1,1 en schommelt in de jaren daarna rond de 1,0.
Met dit beeld volgen we het begrotingsadvies van de VNG, dat adviseert om een sluitende begroting 2025 te realiseren en voor de jaren daarna het tekort te laten zien, maar ook voorbereidingen te treffen om dit tekort vanaf 2026 tijdig te kunnen oplossen. In de volgende paragraaf worden om die reden opties geschetst voor fundamentelere bijsturing op het sociale domein, het fysieke domein, de organisatie en de opbrengsten. Deze opties kunnen in aanloop naar de Begroting 2025 indien nodig nader worden uitgewerkt in meer concrete ombuigingsmaatregelen. Bij deze Perspectiefnota gaan we daar graag het gesprek over aan met uw raad, zodat we de uitkomsten kunnen betrekken bij het opstellen van de begroting. In hoeverre aanvullende bezuinigingen nodig zijn, is ook afhankelijk van het beeld dat uit de meicirculaire en de doorrekening van het nieuwe regeerakkoord komt.